Rond de eeuwwisseling van 1900 maakt Zweden kennis met een nieuwe architectuurstijl, Jugend genaamd, in de rest van Europa Art Nouveau, de nieuwe kunst. De voorbeelden kwamen onder andere uit Oostenrijk en Frankrijk, maar de stijl nam verschillende vormen aan. Zweedse architecten vonden de internationale voorbeelden te vulgair en vertaalden ze naar een eigen Zweedse variant, die gematigder en soberder was!
Lijsten & plinten
Lijsten en sierlijsten zijn relatief breed, ongeveer 11-12 cm, en de jugendstijl komt tot uiting in een golvende vorm met meerdere kleine parelprofielen aan de binnen- en buitenrand, of door drie parallelle strepen. In de jaren 1910 komen ook gelijkzijdige, iets strakkere lijsten voor met dezelfde profielen aan beide zijden.
Panelen
Net als in voorgaande decennia worden de wanden van de woonkamers voorzien van panelen van verschillende hoogtes, vaak gemaakt van eikenhout of geschilderd in eikenimitatie. Deze zijn echter steeds eenvoudiger van aard en het is niet ongebruikelijk dat in dit soort kamers een hogere driedelige plint wordt geschilderd in gebroken wit in plaats van panelen.
In keukens en serviesgangen blijft parelspontenpaneel populair, dat vaak doorloopt tot aan het plafond. In de overige kamers is het gebruikelijk dat muren en plafonds samenkomen in een zacht gevormde holle lijst, van pleisterwerk of grenen.
Raam
Jugendramen hebben een opvallend uiterlijk doordat de bovenkant voorzien is van kleine roeden. Er zijn echter ook ramen zonder roeden. De roeden hebben geen constructieve functie, maar zijn puur esthetisch. De ramen worden uitgevoerd als een-, twee- of drie-vleugelige ramen met dwarsbalken en ontmoetingsbogen.
