Wanneer u uw tegelkachel of houtkachel aansteekt, denkt u er misschien niet aan dat u bijdraagt aan luchtvervuiling die schadelijk is voor uzelf en het milieu. Hier leggen we uit hoe u het vuur het beste kunt aansteken en onderhouden, zodat u met een gerust geweten kunt genieten van een knapperend haardvuur!
Het hout
Stook alleen met hout dat niet te droog is (een vochtgehalte van 15-20%). Als het hout minstens een half jaar, maar liever een jaar, buiten onder een afdak heeft gelegen, is het meestal perfect. Het is niet toegestaan om alternatieven zoals afval, plastic, geïmpregneerd hout en dergelijke te gebruiken vanwege de giftige stoffen die daarbij vrijkomen. Als het hout te lang binnen ligt (meer dan een paar weken), kan het juist te droog worden, waardoor het sneller verbrandt en meer verontreinigende stoffen zoals roet en koolwaterstoffen vrijkomen.
Aanmaakmiddelen
Om het vuur gemakkelijker aan te steken en de uitstoot te verminderen, kan het handig zijn om een soort aanmaakmiddel te gebruiken, zoals briketten, blokken of aanmaakzakjes. Het werkt ook goed om fijn gehakt hout, aanmaakhout, te gebruiken dat u gemakkelijk kunt kloven met bijvoorbeeld onze houtkliever Stikkan. Vermijd bij voorkeur krantenpapier en gebruik geen aanmaakvloeistof, zowel vanwege het veiligheidsrisico als vanwege de vervuiling die dit veroorzaakt.
Slim aansteken
Stapel het hout luchtig met de grootste stukken onderaan en de kleinere stukken bovenop, bij voorkeur zo geplaatst dat ze een vierkant vormen. Leg het aanmaakmiddel net onder de bovenste houtblokken. Steek het vuur aan en laat de zuurstof binnenstromen door de klep iets open te houden totdat het vuur goed brandt. Door het vuur aan de bovenkant aan te steken, worden de gassen verbrand in plaats van als vervuiling in de lucht te verspreiden, brandt het vuur gelijkmatiger en geeft het efficiënter warmte af.
Juiste luchttoevoer
Zowel vanuit milieu- als warmteoogpunt mag het vuur niet te krachtig of te langzaam branden. Laat voldoende lucht binnen totdat het vuur goed brandt door de kleppen aan te passen en sluit deze vervolgens geleidelijk om het vuur de juiste hoeveelheid zuurstof te geven. De vlammen moeten levendig, helder en geel zijn, maar niet te wild.
Voeg hout toe
Als u het vuur brandend wilt houden, is het tijd om 2-3 stukken hout bij te vullen wanneer het hout is opgebrand en er een gloeiende laag is ontstaan. Open de klep weer en leg de stukken hout luchtig, bij voorkeur kruislings.
Onzichtbare rook
Als het vuur met heldergele vlammen brandt, mag de rook niet roetig zijn en eigenlijk helemaal niet zichtbaar. Als de rook uit de schoorsteen gelig, zwart of grijs is, is dat een teken dat er te veel luchtverontreiniging vrijkomt. Raadpleeg een schoorsteenveger of klimaatadviseur in uw gemeente voor maatregelen.
As
Neem ook contact op met de gemeente om te vragen wat u met de as van houtverbranding moet doen. Als er geen specifieke aanbevelingen zijn waar u woont, kunt u de as terugbrengen naar het bos of in uw eigen tuin strooien, bijvoorbeeld rond sierstruiken. Het is echter belangrijk om te bedenken dat de as volledig verbrand moet zijn en niet verspreid mag worden op plaatsen waar u voedsel verbouwt. Bewaar de as in een vuurvaste bak met deksel en zorg ervoor dat de ondergrond waarop de bak staat niet brandbaar is, om het brandgevaar te minimaliseren.
Lees meer over milieuvriendelijk stoken bij het Zweedse milieuagentschap Naturvårdsverket!
